Badhuis Boedapest

In Boedapest zijn de vele badhuizen en zwembaden een ware traditie. De geschiedenis gaat terug naar de Romeinen die als eerste in Boedapest badhuizen bouwden. De Turkse bezetting die 150 jaar duurde, deed de badcultuur ruim 400 jaar geleden echter volledig open bloeien. In de badhuizen tref je behalve mineraalbaden meestal ook een zwembad en een sauna aan. Een bezoekje aan een badhuis zou vooral goed zijn voor de gewrichten en spieren. De Hongaren zelf gaan het liefst naar de oude Turkse baden, maar er zijn ook modernere en luxueuzere badhuizen. Ze hebben allemaal een bijzondere architectuur en geschiedenis. Het Gellert badhuis, in de sierlijke Jugendstil opgetrokken, is één van de bekendste van de stad. Behalve de behandelbaden beschikt het badhuis over twee zwembaden, een bubbelbad, een stoombad en een zonneterras. De Széchenyi-baden in het stadspark Városliget behoren tot de grootste van Europa en zijn de meest bezochte in Boedapest. Het heeft naast een buitenbad van ruim 50 meter ook enkele binnenbaden. De Kiraly-baden bestaan uit een oud Turks complex van thermaalbaden. De geschiedenis van dit bad gaat terug tot 1565. Het dankt zijn naam (Koning) aan de familie König die vanaf 1796 eigenaar was van het badhuis. De Rudas-baden zijn waarschijnlijk de oudste in Boedapest. Het interieur is sinds de bouw in 1556 nauwelijks veranderd.