La Conciergerie

La Conciergerie is een voormalige gevangenis in Parijs. Het oude fort staat op het Ile de la Cité aan de westoever van de Seine, vlakbij de Notre Dame. Het maakt nu deel uit van het Franse paleis van justitie. Filips IV de Schone (1285-1314) liet de Conciergerie halverwege de 14e eeuw bouwen door de architecten Nicolas des Chaumes en Jean de Saint-Germer. Het was een fort van de Comte des Cierges (graaf der kaarsen), die de scepter zwaaide over belastingen en huisvesting. In 1358 verhuisde de koninklijke familie naar het Louvre. Vanaf 1391 deed het dienst als staatsgevangenis voor soms wel 1200 gevangenen. De conciergerie was meestal slechts een tussenstap voor de guillotine die o.a. was opgesteld op de Place de la Concorde, Place de la Bastille en de Place du Caroussel aux Tuileries. De bekendste gevangenen die hier ter dood veroordeeld zijn tijdens de Franse Revolutie waren koningin Marie-Antoinette (de vrouw van Lodewijk XVI), de dichter André Chénier, Charlotte Corday en Robespierre. De cellen van Marie-Antoinette en Robespierre zijn nu kapelletjes ter nagedachtenis met portretten en persoonlijke voorwerpen. Ook in de 19e eeuw bleef de Conciergerie gebruikt worden als gevangenis (o.a. voor Napoleon III). In het midden van de 19e eeuw onderging het gebouw een grondige renovatie waarna het in 1914 voor het publiek werd opengesteld als een nationaal historisch monument. Een deel van het gebouw is nog steeds te bezichtigen, hoewel een groot deel gebruikt wordt als Paleis van Justitie. De Salle des Gardes, de kamer van de bewakers met elegante meubelen - de Salle des Gens d'Armes, 69 m lang en 27 m breed, wordt nu gebruikt als concertruimte - de Cuisines, met zijn vier grote vuurplaatsen en de kapelletjes van Robespierre en Marie-Antoinette zijn te bezichtigen. (bron: Wikipedia)