Jungle River

Het regenwoud van Gunung Leuser Nationaal Park, Ketambe, Sumatra. Wat een unieke en onvergetelijke ervaring was het om drie dagen midden in de jungle te zitten. Naast deze rivier werd ons 'tentje' opgezet; een paar houten stokken met een doorzichtig plastic zeil eroverheen. Toen we wakker werden konden we de apen in de bomen boven onze tent zien slingeren. Veel hadden we echter niet geslapen, we lagen op een matje van ongeveer 1 cm dik en je hoort de gekste geluiden 's nachts. Onze gids, Jhony, is zeer ervaren en weet de plekken waar de bomen staan die orang-oetans regelmatig bezoeken om te eten. Wanneer hij wat hoort of ziet gaat hij het pad af en zegt hij dat we even moeten wachten. Naar een paar minuten komt hij terug en neemt hij ons mee, we kijken omhoog, en ja, daar zit een vrouwtje met haar jong. Met de verrekijker kijk je recht in de ogen van het jong, een zeer bijzonder moment. In totaal hebben we meer dan 20 van deze met uitsterven bedreigde orang-oetans gezien, helemaal in het wild. De volgende dag maken we een trekking naar de 'hot springs', hete bronnen in de rivier waar je heerlijk in kan baden. Onderweg komen we langs nog meer reusachtige bomen, een kleine grot waar vleermuizen uitvliegen en we zien ook een gibbon over ons hoofd razen. Eenmaal bij de hot springs aangekomen heb je het gevoel of je in het paradijs bent beland, een plek waar overal bizar mooie vlinders rondvliegen in alle kleuren en maten. Naast ons zit een groep makaken in de boom en er vliegen hornbills over. Dit was wellicht het mooiste moment van de vakantie. Als we weer terug bij ons kamp zijn rusten we even lekker uit, ondertussen kijken we naar flying gecko's die van boom naar boom vliegen, daarna neem ik nog even een bad in de rivier. Heel dicht bij ons kamp zit een grote groep thomas leaf monkeys, zo leuk om te zien hoe die beesten zulke grote sprongen maken en toch weer vast kunnen grijpen aan een tak en weer verder slingeren. 's Avonds wordt er een heerlijk maal voor ons bereid door Jhony en zijn team, gezellig eten en praten we rond het kampvuur. De ervaringen van het regenwoud waren echter niet alleen positief. Jhony vertelt ons hoe slecht het gaat met het gebied, hoe snel de soorten in aantallen afnemen door de jacht en boskap. Het gibbon mannetje dat we zagen had eerder een vrouwtje, en slingert sinds een paar maanden alleen door de Jungle, opzoek naar een (ander) vrouwtje dat waarschijnlijk niet te vinden is. Hij vertelt dat het hier vroeger barste van de hornbills terwijl je nu geluk hebt als je er een paar hoog ziet overvliegen. Op de terugweg lopen we langs grote stukken gekapt woud met plantages. Hier zien we ook twee orang-oetans in een klein groepje bomen zitten. Op bepaalde plekken moeten we stil zijn en mogen we absoluut niet over de jungle praten zegt Jhony, anders kan hij problemen krijgen met het werk wat hij doet. In de gesprekken die we hebben gehad vertelt hij dat het heel lastig is om een gebied zoals dit te beschermen, de regering is corrupt en de bevolking heeft geen idee van de waarde van het regenwoud. Het bezoek aan het regenwoud is een van de redenen geweest waarom ik dit jaar heb gekozen om na de zomer natuur- en bosbeheer te gaan studeren (ik heb nu een tussenjaar). Voor mij een redelijk grote switch aangezien ik eerst vrij zeker de richting van architectuur op wilde gaan. Ik hoop dat ik kan bijdragen aan het beschermen van deze laatste stukjes paradijs op aarde, voordat we ze verwoesten en nooit meer terug kunnen krijgen... Dit is overigens even de laatste foto van Indonesië. Ik heb nog veel mooie foto's van de vakantie maar heb ook nog een heleboel foto's uit Nederland die ik eerst ook graag met jullie wil delen.