839 keer bekeken
0
Europese Bidsprinkhaan
Van de ongeveer 1.800 bidsprinkhanen komt in onze streken alleen deze bidsprinkhaan voor. De wijfjes worden tot 75 mm. lang. De dieren kunnen geelbruin of groen zijn. De voorpoten zijn omgebouwd tot vangpoten, waarmee de overdag actieve dieren hun prooi grijpen. Terwijl ze op de loer zitten, houden ze die poten als in een biddende houding, vandaar de naam. De vleugels gebruiken ze alleen om te vliegen. Ongepaard gehoororgaan op de buik, tussen de achterpoten.
Verspreiding : vooral in Zuid-Europa, in droge, warme gebieden. Niet in Nederland, wel in het zuiden van België.
Aangezien voor de kleinere mannetjes het gevaar bestaat dat ze als prooi worden beschouwd, benaderen ze de wijfjes aan de achterkant. Na de paring worden ze vaak alsnog opgegeten. Jeugdstadia : eieren overwinteren in een verharde schuimcocon. Onvolledige gedaanteverwisseling.
Alle rechten voorbehoudenMeer info tonen
Opmerkingen