413 keer bekeken
0
Sikkelsprinkhaan
Ik ben de sikkelsprinkhaan en woon in heidevelden, wegbermen en drogere gras- en weidevelden. Mijn voorouders woonden vroeger vooral in zuidelijk Europa maar door het warme weer komen steeds meer familieleden in Nederland wonen.
Uiterlijk
De sikkelsprinkhaan (Phaneroptera falcata) is een slanke, grasgroene sabelsprinkhaan met zeer lange achtervleugels die in rust voorbij de voorvleugels reiken. De vleugels zijn bijna twee keer zo lang als het lichaam. Door deze verlengde achtervleugels lijkt de sikkelsprinkhaan als hij vliegt, of eigenlijk zweeft, een beetje op een vlinder. De soort is ook goed te herkennen aan zijn rode ogen die mooi contrasteren met zijn verder groene lijf. Door hun onopvallende geluid zijn sikkelsprinkhanen echter toch vrij moeilijk te vinden. De sikkelsprinkhaan kan twaalf tot achttien millimeter lang worden, en hij heeft een korte, brede legboor die naar boven toe gekromd is.
Leefgebied
De sikkelsprinkhaan komt vooral voor op zonnige sterk begroeide terrassen en hellingen in bosrijke omgeving. Het is een goede vlieger die zich snel kan verspreiden.
Verspreiding in Nederland
De sikkelsprinkhaan heeft een groot verspreidingsgebied. Hij komt voor van West-Europa tot China en Japan. Vroeger kwam hij in West-Europa niet verder dan Keulen; tegenwoordig trekt hij steeds verder naar het noordwesten. In 1968 werden de eerste individuen in Nederland aangetroffen: twee vrouwtjes op de Brunsummerheide. Pas zestien jaar later werd de sikkelsprinkhaan opnieuw in Nederland gevonden, bij Roermond. Tussen 1984 en 1994 werden op dezelfde plek regelmatig dieren aangetroffen, met een maximaal aantal van twintig individuen in 1985. Toch vormt deze locatie geen stabiele verblijfplaats voor sikkelsprinkhanen. Het gebied groeit namelijk in hoog tempo dicht doordat het nauwelijks beheerd wordt. Dit vormt een ernstige bedreiging voor de soort.
De laatste jaren worden sikkelsprinkhanen in een groot deel van zuid en midden Nederland gezien. De noordelijkste waarnemingen komen uit Overijssel. Op sommige plekken is het een vrij algemene soort. Omdat hij pas laat in het jaar volwassen is, is hij pas van augustus tot oktober te zien. In Nederland wordt de soort nog steeds als zeldzaam beschouwd, maar omdat hij zich in heel Noordwest-Europa uitbreidt, lijkt hij momenteel niet bedreigd. Bovendien zijn de gebieden waar hij populaties vormt het beschermen waard, omdat er een bijzonder microklimaat heerst, met extreme vocht- en temperatuuromstandigheden. Meestal komt daar ook veel andere waardevolle flora en fauna voor.
Alle rechten voorbehoudenMeer info tonen
Opmerkingen