267 keer bekeken
0

uit de oude doos

1 maart, 2008
eendagsvliegen of haften Kenmerken Kleine tot middelgrote, fragiele insecten (vleugelspanwijdte 12-50 mm). Vrij kleine kop met grote, goed ontwikkelde facetogen, vooral bij de mannetjes. Voelsprieten heel kort. Monddelen bijtend, maar steeds sterk gereduceerd (adulten eten niet). Slank en teer gebouwd lichaam. Thorax met twee paar driehoekige, vliesvormige vleugels; voorvleugels veel groter dan achtervleugels; achtervleugels soms rudimentair. Vleugeladernet zeer fijn met veel dwarsaders in grote soorten tot vrij simpel met weinig dwarsaders of sterk gereduceerd in de kleine soorten. Vleugels worden in rust steil boven het lichaam omhoog geklapt; ze kunnen niet worden gedraaid. Enkele soorten laten ze vrijwel opengevouwen net als een spanvlinder. Poten vrij lang en slank. Mannetjes met verlengde voorpoten waarmee ze in de lucht vrouwtjes grijpen voor de paring. Abdomen bestaat uit 10 segmenten; zeer opvallend zijn de lange, draadvormige, gesegmenteerde cerci en in het midden eveneens de lange, gesegmenteerde epiproct, tezamen vormen ze drie lange staarten. Sommige taxa missen de lange epiproct en hebben dus maar twee staarten. Kleur: overwegend bruin of bruingeel, een paar soorten zijn wit; ogen bij mannetjes vaak opvallend rood tot roodbruin.
Alle rechten voorbehouden
Meer info tonen

Komt voor in