in de hoofdrol

Een van grootste varens in Nederland is de adelaarsvaren. Onder lichte schaduwomstandigheden kan een jungle ontstaan met planten van wel 3 m hoog. In het voorjaar verschijnen jonge scheuten als de krul van een viool die zijn bedekt met witte haren. Op de plaats van de zijassen zijn nectariën te vinden waarmee mieren worden aangetrokken. Hierdoor wordt de plant onaantrekkelijk voor grote grazers ook omdat adelaarsvaren vrij giftige stoffen bevat. In het najaar sterven de bladeren af tot een bruinige mat die in de winter een troosteloze aanblik biedt. Deze dichte mat [varenstro] vormt een probleem voor de groei van bomen of struiken. Een ontkiemende eikel- of beukennoot bijv. kan met moeite door het varenstro heen de vochtige bodem bereiken; adelaarsvaren wordt dan ook niet snel overgenomen door bosplanten. Bron: floravannederland