Inspiratie - Je eigen droomstudio creëren
Kun je buiten het zonlicht met heel veel moeite naar je hand zetten. In je eigen studio kun je alle sferen creëren die je maar kunt bedenken. Gewoon thuis! In dit artikel vertellen we je alles wat je moet weten om zelf een kleine studio te beginnen.
Meer leren over het fotograferen in je eigen studio? Bekijk dan eens onze Zoom Academy Cursus Fotograferen in een thuisstudio!
Studiolicht is er in alle soorten en maten, waarbij je ten eerste moet kiezen tussen continu- of flitslicht. In het geval van continulicht maak je gebruik van een constante lichtbron die altijd aan staat tijdens het fotograferen. Bij flitslicht maak je juist gebruik van één krachtige flits die het onderwerp kort verlicht.
Vroeger was het continulichttype halogeenlicht heel populair, omdat studio-flitskoppen alleen in professionele uitvoering beschikbaar waren en daardoor erg prijzig. Halogeenlicht was in dat geval een betaalbare optie, zoals een bouwlamp. Dankzij de nu veel toegepaste flexibele led-verlichting, is continulicht zowel betaalbaar, regelbaar, energiezuinig en soms zelfs aanpasbaar in kleurtemperatuur. Aan de andere kant zien we een opkomst van de goedkope studioflitssetjes, die voornamelijk uit China komen. Hiermee is een eigen studio flitsset opeens voor iedereen makkelijk bereikbaar. Hoewel de budgetflitsers niet een heel groot vermogen hebben, kun je hiermee toch voor weinig geld goed uit de voeten.
Flits!
Een studioflitser verschilt op een paar vlakken van een losse handflitser of de flitser die in je camera zit. Het onvoorspelbare van je ingebouwde flitser in de camera is juist wat je er steeds van weerhield om het ding überhaupt te gebruiken. Overbelicht, rode ogen, lelijke snoeiharde schaduwen, ze komen allemaal voorbij als je de ingebouwde flitser gebruikt.
Een studioflitser heeft die problemen dankzij de ingebouwde instellamp niet. Met het instellicht krijg je een goede indicatie hoe het flitslicht op je onderwerp valt als je afdrukt en de flitsbuis ontsteekt. Omdat de flits zelf maar een fractie van een seconde duurt, kun je gebruikmaken van een instellamp die je onderwerp constant verlicht. Op die manier krijg je een goede indruk van het uiteindelijke flitslicht. Als je veel opnames maakt waar al bestaand dag- of kunstlicht aanwezig is, kun je beter kiezen voor een wat fellere instellamp.
Het flitslicht van een studioflitser kan enorm krachtig zijn. Het bevriest de beweging van je model dankzij de korte ontstekingstijd. Het geeft, afhankelijk van de capaciteit van je flitser, zoveel licht dat je zelfs met de laagste iso-waardes gewoon met diafragma F 16 je portret kunt schieten. De kracht van een studioflitser wordt aangegeven in Ws (wattseconde). De goedkope setjes beginnen met 150 Ws, terwijl professionele exemplaren tot wel 1200 Ws per flitskop kunnen gaan.
Foto: Corinederuiter
De kleurtemperatuur van flitslicht ligt rond de 5000 Kelvin, van gemiddeld daglicht. De kleurweergave van je onderwerpen is dankzij het uitstekende kleurspectrum van de gemiddelde flitsbuis erg goed. De kleurtemperatuur van het flitslicht is niet instelbaar, om de kleur van je licht te kunnen veranderen, zul je filters moeten gebruiken.
De intensiteit van het flitslicht is wel altijd heel goed instelbaar. Zo kun je bijvoorbeeld je hoofdlicht op 80% sterkte instellen en een tweede flitser als haarlicht op 30% vermogen. Op die manier kun je ze in het geval van meerdere lampen perfect op elkaar afstellen, maar kun je ook de intensiteit zo finetunen dat je de opnames maakt met het voor jouw ideale diafragma. Bijvoorbeeld een open diafragma voor portretten of een kleine diafragmaopening voor productfotografie.
Bijna alle studioflitsers hebben een lichtsensor, zodat je ze kunt koppelen met al je andere flitsers in de studio. Zo hoef je de camera alleen maar te ‘syncen’ met één flitskop, en gaan alle andere flitskoppen in je set automatisch af.
Camerainstellingen
Om de flitskop te laten weten wanneer de flits precies af moet gaan, gebruik je een synchronisatiekabel die van de camera naar de flitskop loopt. Soms wordt een studioflitsset ook geleverd met een draadloze zender, die je op het flitsschoentje boven op de camera schuift. Draadloos syncen maakt je vooral bij het schieten van modellen een stuk flexibeler.
Je camera zet je in de handmatige M-modus. Je zet de sluitertijd op de flitssynchronisatietijd die je camera aan kan of langer. Flitssynchronisatie? Je reflex of systeemcamera heeft meestal een spleetsluiter, met sluitergordijnen. Dat betekent dat bij heel snelle sluitertijden de sensor nooit helemaal volledig vrij is, maar door een snel bewegende spleet wordt belicht. Meestal is de maximale flitssynchronisatie bij moderne camera’s 1/250 seconde. Langer belichten tijdens het flitsen kan natuurlijk altijd. Dan gaat wel het aanwezige omgevingslicht mee spelen, wat vooral bij opnames buiten erg mooie effecten kan opleveren. Lees meer over flitssynchronisatie in het artikel over flitsen bij daglicht elders in dit nummer.
Als je een losse flitslichtmeter hebt, kun je de flitsintensiteit meten en de gemeten diafragmawaarde direct overnemen op je camera. Maar zonder flitsmeter kun je natuurlijk ook gewoon met een aantal verschillende diafragma’s proefopnames nemen totdat het histogram op je display de perfecte belichting aangeeft. Even experimenteren dus.
Foto: gemmywoudbinnendijk
Boodschappenlijstje
Wat heb je allemaal nodig voor een basic thuisstudio? Dat begint bij twee (flits)lampen en statieven. Daarnaast heb je nog wat andere zaken nodig. Een paar stevige lampstatieven bijvoorbeeld. Vaak zitten er wel statieven bij een flitsset, maar die zijn vaak een zwakke schakel. Meestal kun je de statieven upgraden, zodat je lampen wat steviger staan en je bijvoorbeeld je lampen wat hoger kunt instellen.
Verder heb je lichtvormers nodig. Het karakter van het licht wordt vooral bepaald door het soort lichtvormer dat je erop klikt. Met een heel grote softbox creëer je zacht tekenend licht, terwijl je met een snoot heel gericht hard licht neerzet. Als je één bepaalde stijl hebt, zul je aan één type lichtvormer genoeg hebben. Maar vaak is het erg fijn om te kunnen wisselen, afhankelijk van het type sfeer dat je wilt neerzetten.
Dan een achtergrondrol van papier. Die heb je in verschillende breedtematen, maar 138 cm breedte en 11 meter lengte is voor portretten de meest gebruikte. Wit en zwart zijn de veilige kleurkeuzes. En met een gekleurd filter voor een flitslamp kun je uiteraard die witte achtergrondrol in elke kleur toveren die je maar wilt. Achtergrondrollen hang je op aan de muur met speciale beugels. Maar als je flexibel wilt zijn, kies je voor een ophangsysteem op twee statieven. Wel zo handig als je van je thuisstudio na de shoot snel weer je woonkamer wilt maken.
Oplichtschermen zijn erg fijn in je thuisstudio. Als je voor de 5-in-1 variant kiest, kun je met zilver, goud en wit de schaduwen op verschillende wijze heel mooi oplichten. Met de zwarte zijde kun je schaduwen nog eens benadrukken. En als je het licht door het transparante scherm flitst, krijg je een extra zachte lichtbron. Koop er wel een bijbehorend statief bij als je niet een handige assistent in de buurt hebt.
Mocht je nou met één aankoop klaar willen zijn, dan zijn er tegenwoordig heel wat flitssets verkrijgbaar, waar je voor een paar honderd euro al meteen een complete set in huis krijgt. De Falcon Eyes Flitsset SSK-3150D is daar een goed voorbeeld van.
Lichtvormers
Lichtvormers zijn de smaakmakers van je licht. Je tovert met een enorme softbox boterzacht licht, met een totaal ander karakter dan het snoeiharde licht van een snoot met ingebouwde grid. Terwijl de basis van dat licht, je flitskop, natuurlijk precies hetzelfde is. Slim dus om je vooraf in de lichtvormers te verdiepen, dus voordat je een flitsset koopt. We bespreken er een paar. Bedenk wel dat alle lichtvormers een specifieke bajonetvatting hebben. Ze zijn dus merkgebonden, al worden er gelukkig ook verloopadapters aangeboden. Zo kun je ook de wat goedkopere merken lichtvormers op de duurdere flitsfabrikanten klikken.
• Softbox
De naam zegt het al. Een vierkante doos waar mooi zacht licht uit komt. Hoe groter het formaat, des te zachter het licht. Softboxen zijn de meest gebruikte lichtvormers in een studio. Niet alleen omdat het licht heel mooi om je onderwerp heen glijdt. Het geeft geen hoge contrasten zodat je niet snel dichtgelopen schaduwen of uitgevreten hoge lichten in je histogram ziet. Softboxen zijn ook verkrijgbaar in achthoekige vorm, dan noemen we ze een octagon. Vanwege de wat rondere vorm zal de reflectie in de ogen wat zachter en vriendelijker zijn. Vaak zijn deze octagons flink van formaat. Ideaal voor beautyshots.
• Paraplu
Een erg goedkope en nauwelijks nog gebruikte lichtvormer. Ze zijn verkrijgbaar met een zilver coating waarmee je het licht op je onderwerp reflecteert. Of in een witte transparante doorlichtvariant waardoor je een soort softbox in een parapluvorm creëert. Omdat de hoge resoluties van je camera de reflecties van de paraplu en de bijbehorende baleinen genadeloos in de ogen van je model spiegelen zijn paraplu’s een beetje uit de mode.
• Beauty dish
Een vlakke ronde reflector waarmee je het mooiste uit je model naar boven haalt. De flitsbuis wordt in de reflector al gedempt, terwijl een zachte doek aan de buitenkant het licht nog extra verzacht. Omdat de dish perfect rond is, reflecteert het licht in de ogen van je model als een zomerse zon. En dat laatste maakt de beauty dish de ideale lichtvormer voor mooie glamourportretten.
• Snoot
Wie gericht licht wil, klikt waarschijnlijk een grid op een reflector. Zo’n honingraat als voorzetstuk richt het licht heel gericht naar één kant. Wie dat licht nog een keer extra wil focussen, monteert snoot én grid, en gebruikt het licht als ouderwetse filmspots in je set. Een ideaal licht instrument om een heel gericht haarlichtje op je model te toveren.
Foto: paige adams
De praktijk
Wat kun je nou doen met die een, twee of drie flitslampen die in je flitsset zitten? Je kunt er in ieder geval zeer verschillende sferen mee neerzetten. We hebben drie veel gebruikte setups voor je neergezet en met een schema verduidelijkt. Hoe zet je nou je lampen neer als je zo’n sfeer wil bereiken?
1.
Begin gewoon met één lamp. Zodra je twee lampen in je set gaat zetten, gaan die elkaars verlichting en soms schaduwen veranderen. Met maar één lamp zie je heel direct wat je lichtvormer op je flitskop doet en wat voor invloed het heeft op je model.
Met een softbox van 70×70 cm creëer je een mooi zacht, vergevingsgezind licht. Door de lamp onder een hoek van 45 graden te zetten, ontstaat er een mooie schaduwwerking in het gezicht, je model krijgt er diepte door. Datzelfde geldt voor de hoogte van je flitskop. Ook hier werkt 45 graden van boven mooi, alsof het de zon is die een natuurlijke en zachte schaduw op het model werpt. Door de schaduwzijde van je model maar een heel klein beetje op te lichten met een scherm voorkom je dat die kant inktzwart wordt, maar houd je wel een mooie donkere schaduwpartij over. De zwarte achtergrondrol staat zo ver van de softbox af dat er geen licht op valt en mooi diepzwart blijft.
2.
Roel is een stoere sportieve jongen van 13. Daar hoort uiteraard stoer licht bij. We gebruikten twee lampen. Het hoofdlicht is voorzien van een snoot met een grit. Zo creëer je heel gericht licht op zijn gezicht en een spannende sfeer. Door voor de achtergrond en zijn kleding zwart te kiezen, komt de aandacht helemaal op zijn gezicht te liggen. De tweede lamp heeft twee doelen. Als eerste tekent het een lichtvlek op de achtergrond waardoor het model loskomt van de achtergrond. Maar de tweede lamp geeft ook een mooie glimplek op zijn arm. Waardoor zijn gespierde zwemarmen, waar hij zo trots op is, beter uitkomen.
3.
Met drie lampen kun je erg makkelijk een zomerse high-key opname in je thuisstudio toveren.
De hoofdverlichting is een grote octagon softbox die het model bijna recht van boven verlicht, zacht en bijna schaduwloos. Een oplichtscherm aan de voorzijde van het model recht onder de camera licht het model aan de onderzijde nog wat op. Rechtsachter het model geeft een grote softbox Merel een mooi tegenlicht, zodat ook in de haren en op de schouders de donkere partijen verdwijnen. De witte achtergrondrol wordt aangelicht door een derde flitskop, zodat voor- en achtergrond dezelfde lichte zomerse witte tinten en sfeer krijgen.
Foto: haroldvermeulen
Continuverlichting
Wie flitsen te moeilijk vindt, kan kiezen voor continulicht in je eigen thuisstudio. Continulicht heeft het enorme voordeel van ‘what you see is what you get’. Het vult het bestaande dag- of kunstlicht uitstekend aan en je hoeft daardoor niet te gokken hoeveel impact het flitslicht heeft als je afdrukt. Wil je iets meer invullicht, dan draai je het vermogen gewoon iets meer omhoog of je zet de lamp iets dichterbij. Je ziet meteen wat er gebeurt. Bovendien hoef je jouw camera niet in te stellen voor zaken als flitssynchronisatie en kun je dus ook gebruik maken van heel snelle sluitertijden. Continuverlichting is tegenwoordig te krijgen in drie smaken.
Halogeenlampen hebben een mooi breed kleurspectrum voor een perfecte kleurweergave. Vanwege de warme kleurtemperatuur (circa 3200 K) zul je in combinatie met daglicht je lampen moeten bijfilteren met blauwe filters. Halogeenlicht is soms wel dimbaar, maar daarmee verandert wel de kleurtemperatuur. Omdat halogeenlampen héél erg heet worden en een beperkte lichtopbrengst hebben, zie je ze nog maar weinig.
Een voordeel van spaarlampen is – naast hun energiezuinigheid – dat ze niet heet, hoogstens lauw werden. Daarmee voorkom je dat een storende ventilator je video-opnames verstoren. Spaarlampen zijn niet goed te dimmen, maar door er meerdere in bijvoorbeeld een softbox te stoppen, kun je door ze afzonderlijk uit- of bij te schakelen toch in grote stappen de intensiteit van je lichtbron regelen. De goedkope spaarlampen hebben vaak last van flikkeringen. Ze zijn wel verkrijgbaar met een min of meer daglicht kleurtemperatuur van rond de 5000 Kelvin. Maar het kleurspectrum is niet optimaal egaal, er zitten vaak pieken en dalen in de kleuren die ze uitstralen.
Led-lampen als bron van je continulicht is het beste hedendaagse alternatief. Afhankelijk van het type zijn ze zowel dimbaar als variabel in kleurtemperatuur. Zo kun je het licht aanpassen aan een bestaande gloeilamp of zonlicht. Led-verlichting verbruikt nog minder energie dan spaarlampen en heeft een veel beter kleurenspectrum. Bovendien zijn ze vrij van flikkeringen, wat ze zowel voor het schieten van films als foto’s geschikt maakt.
Continulicht is veel minder krachtig dan flitslicht. Je zult dus veel eerder gebruik moeten maken van lichtsterke objectieven of hoge iso-waardes.
Zoom Academy
Nog veel meer over het hebben van een thuisstudio leer je in onze Zoom Academy cursus Fotograferen in een Thuisstudio. Je leert in deze cursus onder andere:
Wat je nodig hebt voor een eigen studio
Alles over studiolicht
Hoe je werkt met verschillende modellen
Bekijk hier de cursus Fotograferen in een Thuisstudio!