Inspiratie voor als de avond valt!
In het blauwe uurtje, vlak het zwart van de nacht, kun je de prachtigste foto’s maken. En ook nog daarna, als de stad een beetje bijlicht. Heb je op dit tijdstip nog nooit gefotografeerd omdat het onbekend of te moeilijk is? Wij helpen je op weg met de eerste stappen in deze boeiende schemerwereld.
Grofweg spreken we van avondfotografie vanaf het moment dat de zon bijna ondergaat. Iedereen kent natuurlijk de prachtige gekleurde luchten die ontstaan wanneer de zon de horizon aantikt. Maar ook nadat de zon is ondergegaan en er dus veel minder licht is, zijn er vaak schitterende luchten vast te leggen. We noemen dat het blauwe uurtje. Dit omdat de lucht dan mooi blauw kleurt. Vergis je niet: de lucht is geen uur lang blauw. Het mooiste blauw duurt ongeveer tien minuten.
Na de blauwe kleur volgt al snel het zwart van de nacht. In de buurt van een stad wordt die zwarte lucht eerst oranjebruin gekleurd door de verlichting van de stad, zeker als het bewolkt weer is. Op dat moment is het vaak al te laat om de mooiste foto te kunnen maken. Dus wees voorbereid en zorg dat je voor dat korte moment klaar bent om een prachtige plaat te maken.
Die voorbereiding bestaat uit het vinden van een mooie locatie, het gereedzetten van de juiste apparatuur en niet te vergeten het leren kennen van de camera. Met de camera in de automatische stand is er soms wel iets redelijks van te brouwen, maar doorgaans zullen we zelf de camera moeten bedienen.
Locaties
Bij avondfotografie hebben we het natuurlijk niet over het fotograferen van modellen in de studio. We zoeken de onderwerpen voornamelijk buitenshuis en die onderwerpen zijn er volop.
Zolang er nog voldoende licht is van de ondergaande zon, of net daarna, kun je mooie landschappen fotograferen. Wordt het donkerder, dan zul je een onderwerp moeten kiezen waarbij externe lichtbronnen aanwezig zijn.
Een zeer geschikt onderwerp is natuurlijk de altijd verlichte stad. Denk aan neonverlichting of bijzondere gebouwen die mooi worden aangelicht. Sommige steden hebben een prachtige skyline die erom vraagt in de avond te worden gefotografeerd. Zeker als er ook nog eens water in de buurt is, dat voor mooie weerspiegelingen zorgt.
Soms zijn er in de steden evenementen met extra verlichting. Dat zijn de momenten om er met de camera op uit te trekken. Denk aan de jaarlijkse kermis met de vele gekleurde lampjes. Of aan een lichtshow als ‘Glow’ in Eindhoven. Jubilerende steden hebben soms mooie avondprogramma’s met verlichting of vuurwerk. Allemaal mooie onderwerpen voor avondfotografie.
Ook buiten de stad zijn er onderwerpen te vinden: grote industrieterreinen worden de hele nacht verlicht en zijn daardoor uitstekend geschikt voor avond- en nachtfotografie. Of denk eens aan autowegen: door de verlichting op deze wegen en de lampen van de voorbijrazende auto’s en vrachtwagens zijn er in de avonduren mooie beelden te maken.
Welke locatie je ook kiest, zorg dat je ruim op tijd aanwezig bent. Je kunt dan in alle rust het mooiste standpunt bepalen, de apparatuur opstellen en alvast wat instellingen van de camera goed zetten. De voorbereiding is meer dan het halve werk.
Foto: ilya-eos450D
Compositie
Als je ruim op tijd voor het blauwe uurtje aanwezig bent, kun je alvast proefopnames maken. Omdat het licht straks snel gaat veranderen, doe je deze testen vooral met het oog op de compositie. Bedenk waar de lichte en donkere delen straks zullen zijn. Welke gebouwen worden wel en niet verlicht? Als je dat weet, kun je alvast opnames maken om de compositie te controleren. Ga je voor een liggende of staande foto? Kun je met een kleine aanpassing in het standpunt een betere compositie maken? Hoe gaan die lichtstrepen van de voortsnellende auto’s straks de lijnen in jouw beeld vormen? Ga je voor een ruime groothoek of zoom je meer in voor een krappere uitsnede? Ga je zoomen met de benen voor een ander perspectief?
Compositieregels als de derdenregel zijn in de avond net zo goed van toepassing. Bij de regel van derden plaats je je onderwerp buiten het midden, op een of twee derde van de hoogte en breedte. Bij een reflectie kan een centrale compositie juist wel goed werken.
Apparatuur
De belangrijkste onderdelen in jouw cameratas zijn uiteraard de camera en eventuele extra lenzen. Voor avondfotografie zijn er eigenlijk nauwelijks bijzondere eisen aan deze spullen. Ofwel: elke camera en lens is geschikt.
Omdat er ’s avonds veel minder licht is, hebben we al snel te maken met langere sluitertijden, te lang om nog uit de hand te kunnen schieten. Dus is het belangrijk om de camera steun te geven. In geval van nood kun je natuurlijk een muurtje of iets dergelijks gebruiken om de camera op te zetten, maar een statief is geen overbodige luxe. Onder moeilijke omstandigheden, zoals met wind, kun je het best voor een heel stevig statief zorgen.
Verder kan een afstandsbediening prettig zijn. Die biedt twee grote voordelen. De camera hoeft niet te worden aangeraakt om een foto te maken – zo voorkom je trillingen bij langere sluitertijden – en sluitertijden langer dan 30 seconden worden mogelijk.
Zonder afstandsbediening kun je trillingen nog vermijden door te werken met de zelfontspanner van de camera, maar sluitertijden langer dan 30 seconden zijn zonder statief niet mogelijk.
Foto: Sofiesteenhoudt
Het kan in het donker soms lastig zijn om de camera perfect horizontaal in te stellen. Nu hebben sommige camera’s daar tegenwoordig een handig hulpmiddel voor: de ingebouwde digitale waterpas. Heeft jouw camera die functie niet, dan kan een extern waterpasje in de flitsschoen van de camera uitkomst bieden. Als je een beetje handig bent op internet is zo’n waterpasje vaak voor een prikje verkrijgbaar.
Bij elke lens is een zonnekap aan te raden. Deze biedt bescherming tegen beschadigingen en is daar vaak effectiever dan een filter. Bovendien houdt de kap een deel van het ongewenste invallende licht tegen. In de stad gebeurt het nogal eens dat er een externe lichtbron in de buurt is waarvan het licht op de voorkant van de lens valt, zoals een lantaarnpaal. Een zonnekap kan dit licht afschermen en zo flare of contrastverlies voorkomen.
Als je normaal een uv-filter op de lens gebruikt, verwijder deze dan bij avondopnames. Omdat er vaak kleine felle lichtbronnen in beeld zijn, kunnen deze filters (vooral de goedkopere varianten) voor lelijke vlekken zorgen.
Als je geen filter gebruikt, zorg er dan voor dat de voorkant van de lens brandschoon is. Bij felle lichtbronnen zal namelijk het kleinste vlekje of stofje zichtbaar zijn in de foto. Een schone lens bespaart tijd in de nabewerking! Neem dus altijd iets mee om de lens schoon te kunnen maken en maak er een gewoonte van om dit regelmatig te doen.
Als er op donkere plekken wordt gefotografeerd, is het slim om zelf een lichtbron mee te nemen. Dit kan een zaklamp zijn, of zo’n lampje dat je met een band op je voorhoofd monteert, zodat je je handen vrij hebt. Zo’n lamp is handig om op donkere plekken de weg te vinden, of om de spullen in de fototas te vinden.
Daarnaast kan een zaklamp ook creatief worden gebruikt door bepaalde delen van het onderwerp extra te verlichten tijdens een opname met lange sluitertijd. We noemen dit ‘Light Painting’.
Camera-instellingen
We lopen de optimale instellingen langs voor avondfotografie.
Iso-waarde
Met de iso-waarde kun je de sluitertijd beïnvloeden. Bij een hogere waarde hoort een kortere sluitertijd. Het lijkt dus logisch om de iso hoog te zetten. Maar een hogere iso-waarde levert meer ruis op, zeker in donkere delen van de foto, en daar zijn er in avond- en nachtfotografie nu eenmaal veel van. Houd de iso daarom zo laag mogelijk.
Moet je de iso toch hoger zetten, besteed dan extra aandacht aan de juiste belichting. Bij hogere waardes is het namelijk moeilijker om in de nabewerking het beeld lichter te maken; ruis wordt dan versterkt.
Sluitertijd
Avondfotografie gaat hand in hand met langere sluitertijden. Met een statief maakt het meestal niet uit wat deze sluitertijd is. Er zijn twee omstandigheden waarbij de sluitertijd wél van belang is. Als er zo weinig licht is dat de sluitertijd boven de 30 seconden komt, en je geen afstandsbediening hebt, zul je door het veranderen van diafragma of iso-waarde de sluitertijd moeten aanpassen naar maximaal 30 seconden.
Verder kan de sluitertijd bij bewegende onderwerpen bepalend zijn. Bij vuurwerk kan een seconde al te lang zijn, lichtstrepen van auto’s fotografeer je met 5 tot 10 seconden en bij een ‘star trail’ (beweging van de sterren) worden sluitertijden van vele minuten tot zelfs uren toegepast.
Diafragma
Bij de keuze voor het diafragma is vooral de scherptediepte belangrijk. Het komt bij opnames in het donker wel eens voor dat er een te groot diafragma wordt gekozen (klein getal), waardoor er te weinig scherpte is. Aan de andere kant zijn er fotografen die veiligheidshalve een te klein diafragma kiezen, waardoor de sluitertijd onnodig lang wordt. Je kunt als hulpmiddel een scherptedieptetabel of een telefoonapp gebruiken. Daarmee kun je het optimale diafragma instellen. Zo kun je meer foto’s maken in de korte tijd van het blauwe uurtje en is er ook iets minder kans op ruis.
Fotografeer je een stadsgezicht met lampjes? Dan beïnvloedt het diafragma ook de vorm van deze lichten. Vind je het mooi om de lichten in een stervorm weer te geven, maak dan het diafragma heel klein (groot getal).
Foto: Ufuk-ince
Lichtmeting
De lichtmeter kan bij avondopnames nogal weerbarstig zijn. Zeker bij onderwerpen met veel contrast tussen donker (bijvoorbeeld de lucht) en licht (bijvoorbeeld lampen). Doorgaans werkt een gemiddelde lichtmeting vrij goed, maar het gebeurt wel eens dat de foto te licht wordt. Daarom is het bij avondfotografie aan te raden de belichting te checken. Hiervoor gebruik je het histogram. We bevinden ons namelijk zelf in een donkere omgeving en het display van de camera kan dan een vertekend beeld geven. Het histogram geeft ook met moeilijk licht een juiste weergave van de foto.
De automatische witbalans zal vaak een redelijk resultaat opleveren, maar zit er ook wel eens naast, bijvoorbeeld met veel kunstlicht. Wil je de maximale vrijheid hebben om achteraf iets aan te passen, fotografeer dan in raw. Dan is de witbalans zonder problemen achteraf te veranderen.
Werk je liever met jpg, dan kun je ook op de camera al de witbalans handmatig instellen. Selecteer ‘daglicht’ voor iets warmere kleuren, maar pas op bij bruine of oranje luchten (door de lichtvervuiling), de warmere witbalans zal ook deze kleuren sterker maken.
Wil je de lucht écht helemaal blauw hebben, selecteer dan eens het gloeilampje als witbalans.
Autofocus, flitsen
De autofocus kan in het donker problemen hebben om voldoende contrast te vinden. Probeer dan scherp te stellen op een punt waar meer contrast is, bijvoorbeeld op een lamp. Lukt ook dit niet, gebruik dan live view, zoom zo veel mogelijk in en stel handmatig scherp. Zet daarna de autofocus uit.
De flitser wordt normaal gesproken niet gebruikt bij avondopnames. De flitser is niet krachtig genoeg om een onderwerp op afstand te verlichten. Alleen als er zich in de voorgrond een onderwerp bevindt dat benadrukt moet worden, bijvoorbeeld een persoon, dan kan het goed zijn om ook te flitsen.
Foto: Edje86
Bijzondere effecten
Omdat je met een lange sluitertijd werkt, krijg je andere effecten dan bij het fotograferen in vol daglicht. Zo zullen bewegende onderwerpen niet of nauwelijks zichtbaar zijn. Deze tover je dus gemakkelijk weg met een langere belichting.
Daarnaast worden kleuren intenser weergegeven dan dat je ze met het blote oog zag. Leek de lucht niet zo blauw? Door de langere sluitertijd wordt het blauw lekker diep van kleur weergegeven.
Als de bewegende onderwerpen licht geven, kunnen er gave effecten mee worden bereikt. Soms zijn deze effecten met het blote oog niet zichtbaar. Fotografeer je rijdende auto’s met een lange sluitertijd, dan zie je de auto’s zelf niet meer, maar de lampen van de auto’s wel. Deze worden dan als mooie witte of rode strepen vastgelegd. Een extra leuk effect kun je bereiken als je op een punt staat waar automobilisten de bocht om gaan en het knipperlicht gebruiken. Een foto met een lange sluitertijd resulteert dan in een oranje stippellijn. En als je mazzel hebt, komt er ook nog iets met een blauw zwaailicht voorbij.
Een ander voorwerp dat beweegt en licht geeft, is een ster. Nu beweegt een ster feitelijk niet, maar doordat de aarde ronddraait (en de fotograaf mee zwiert), lijkt het alsof de sterren bewegen. Als de sluitertijd maar lang genoeg is, zullen deze sterren mooie strepen langs de hemel maken.
Hierbij is het goed om te weten dat de aarde draait om een denkbeeldige as die van het zuiden naar het noorden loopt. Dit betekent dat een ster die precies op die as zit – en dat is de poolster – níét draait. Richt de camera op de poolster in het noorden en je zult zien dat die als een punt wordt weergegeven. Alle andere sterren vormen cirkels rondom de poolster.
Sommige ‘star trails’ worden met extreem lange sluitertijden gemaakt. Soms wel uren lang. Maar omdat je met zo’n extreem lange sluitertijd ook alle andere onderwerpen overbelicht, is er een truc. Dat is meerdere opnames maken met een relatief korte sluitertijd (bijvoorbeeld twee minuten) en deze opnames achteraf in de bewerking samenvoegen. Binnen programma’s als Photoshop is dit een eenvoudige bewerking: laad alle afzonderlijke afbeeldingen als verschillende lagen in één foto en zet de overvloeimodus van deze lagen op ‘lichter’. Het gevolg is dat in het eindresultaat alleen de lichtste delen van alle afzonderlijke beelden te zien is. De sterren dus.
Slot
Avond- en nachtfotografie is een heel leuke tak van sport waarmee de mooiste beelden te maken zijn. Je moet alleen een mooie locatie vinden en de instellingen onder de knie krijgen.
Om inspiratie op te doen voor locaties kun je goed op de Gallery van zoom.nl zoeken. Hier staan de mooiste avondlocaties van heel Nederland bij elkaar.
En om de instellingen van de camera onder de knie te krijgen hoef je ook geen halsbrekende toeren uithalen. Je kunt dit namelijk heel gemakkelijk oefenen. Elke avond kun je dit proberen, in de eigen tuin of vanaf het eigen balkon. Er is dus geen reden te bedenken om niét met deze verslavende manier van fotograferen te beginnen.