Of je nu vogels spot in een nationaal park, eekhoorns tegenkomt in een stadstuin of dolfijnen ziet tijdens een boottocht; wildlife is overal. Op reis kom je vaak dieren tegen die je thuis misschien wel nooit zou zien. Maar hoe leg je ze goed vast, zonder ze te storen en met een sterk beeld als resultaat? In dit artikel geven we je 7 handige tips!
Foto: PICbyFemke - ISO 1600 · ƒ/7.1 · 1/1250s · 600mm
Wildlifefotografie kan behoorlijk spannend zijn. Je hebt immers te maken met wilde dieren en hebt dan ook geen idee wat die dieren gaan doen. De dieren vinden en vervolgens op hun gedrag anticiperen om een mooie foto te maken, kan een flinke uitdaging zijn. Gelukkig kun je je met deze tips wat voorbereiden.
Meer leren? Probeer dan 7 dagen gratis Zoom Academy Pro!
1. Heb geduld
Geduld is je grootste wapen. Wildlife laat zich niet op commando zien. Neem dus de tijd, blijf alert en observeer. Vaak levert juist dat geduld de mooiste beelden op. Zorg er natuurlijk ook voor dat je op de goede plek bent. Ben je op zoek naar speciale soorten, vraag dan eens rond bij de locals of zij weten waar je de meeste kans maakt.
2. Leer het gedrag van het dier kennen
Goede wildlifefotografie begint niet bij je camera, maar bij je kennis van het dier. Lees vooral welke dieren er in het gebied voorkomen, waar je ze zoal kunt vinden en verdiep je in hun gedrag. Let vooral op of je kunt zien of een dier je in de gaten heeft of van je schrikt. Als het dier op zijn gemak is, kun je de mooiste foto’s maken.
3. Let op de achtergrond
Je kunt een dier waanzinnig mooi in beeld brengen, maar als je achtergrond rommelig of storend is, kan dat je foto echt verpesten. Probeer daarom goed op je standpunt te letten en ook de achtergrond in de gaten te houden. Gebruik waar nodig een wijd open diafragma, zodat de achtergrond mooi zacht wordt.
4. Speel met licht en perspectief
Ook bij wildlifefotografie is de sfeer ontzettend belangrijk. Een foto van een wild dier kan prachtig zijn, maar als je de foto maakt met een bijzondere belichting of een interessant perspectief, kan het beeld net een beetje extra krijgen. Ga bijvoorbeeld aan de slag tijdens het gouden uur, waardoor je zachte kleuren en lange schaduwen krijgt. Of ga laag bij de grond zitten voor een intiem perspectief (als dat veilig kan natuurlijk). Ook silhouetten kunnen prachtig zijn.
5. Wees voorbereid op actie
Dieren kunnen onverwachte bewegingen maken, dus een goede voorbereiding is essentieel. Fotografeer in de burst-modus om meerdere beelden achter elkaar vast te kunnen leggen. Een autofocus-instelling voor bewegende onderwerpen (AI Servo/AF-C) kan ook handig zijn. Zo vergroot je de kans dat je precies dat ene moment vastlegt waarop een dier springt, vliegt of kijkt. Gebruik ook een hoge sluitertijd. Anders is de kans groot dat de beweging van het dier net onscherp is.
6. Neem de juiste uitrusting mee
Het belangrijkste bij wildlifefotografie is een telelens, deze is vrijwel altijd onmisbaar, maar denk ook aan praktische accessoires. Een monopod of beanbag kan je helpen stabiliteit te vinden, zeker bij lange lenzen. Neem ook voldoende geheugenkaarten mee, want wildlife levert vaak veel foto’s op in een korte tijd. Vergeet ook een extra batterij, een regenhoes en een vuilbestendige tas niet.
7. Heb respect voor de natuur
Nog belangrijker dan de foto is het welzijn van het dier. Benader wildlife altijd met respect en kom niet te dichtbij. Gebruik liever een telelens (bijvoorbeeld 300 mm of meer) dan dat je dichterbij sluipt. Zo verstoor je het dier niet, maar krijg je toch een intiem beeld. Zet je camera eventueel op silent mode, zodat je minder geluid maakt. Lok het dier ook niet met voer en raak het zeker niet aan.
Opmerkingen