514 keer bekeken
5

Libelle in paring _DSC0650

26 juli, 2018
Parende Libellen op een rietstengel met een mooie spiegeling in het water. De paring van Libellen: De paring verloopt bij libellen niet zachtzinnig. Vrouwtjes die zich in de buurt van het water wagen, worden direct door een mannetje gegrepen voor de paring. Dit doet hij door met zijn achterlijfsaanhangselen het vrouwtje beet te pakken bij het halsschild (juffers) of achter de kop (libellen). Vaak gaat dit gepaard met een worsteling in de lucht. Als het mannetje hierin slaagt ontstaat de zogenaamde tandempositie, waarbij het vrouwtje dus achter het mannetje aanbungelt. Samen vliegen ze verder, om de paring in bomen of in de oevervegetatie te voltooien. Bij sommige soorten wordt de paring in de lucht voltooid. In de volgende fase van de paring ontstaat het kenmerkende, hartvormige paringsrad (ook wel copula genoemd): het vrouwtje brengt haar achterlijfspunt naar de onderkant van het achterlijf van het mannetje, vlak achter het borststuk. Hier bevindt zich namelijk het secundaire geslachtorgaan van het mannetje, waar een spermapakketje ligt opgeslagen. Dit spermapakketje heeft het mannetje zelf overgebracht van het primaire geslachtsorgaan (in de achterlijfspunt), naar het secundaire geslachtsorgaan. Als het paringsrad tot stand is gekomen vindt de uitwisseling van sperma plaats. Echter niet voordat het mannetje het sperma van een eventueel vorig mannetje uit het lichaam van het vrouwtje heeft gehaald, met behulp van een speciaal borstelvormig orgaantje in het secundair geslachtsorgaan. Vrouwtjes lijken weerloos tegen het paringsgeweld van het mannetje, maar schijn bedriegt. Vrouwtjes die niet tot paring bereid zijn, slagen er meestal wel in om de tandempositie of copula te verbreken. Ook wanneer het sperma van een vorig mannetje wordt verwijderd, kan het vrouwtje toch een deel van het sperma achterhouden en dus bepalen welk mannetje haar eitjes bevrucht. Ei-afzet Na de paring worden de bevruchte eitjes afgezet op geschikte plaatsen in of vlakbij het water. Er bestaan verschillende varianten waarin dit kan gebeuren. Bij sommige soorten blijft het mannetje in tandempositie aan het vrouwtje verbonden en begeleidt haar zodanig bij de ei-afzet. Hierbij heeft hij maximale zekerheid (maar geen absolute) dat het vrouwtje niet meer met een ander mannetje zal paren en de eitjes door zijn sperma worden bevrucht. Tot slot zijn er soorten waarbij het vrouwtje geheel solitair de eitjes afzet, niet zelden op een tijdstip dat er weinig mannetjes bij het water aanwezig zijn en ze ongestoord haar gang kan gaan. Wanneer mannetjes bij de begeleiding van het vrouwtje verstoord worden, gaat het vrouwtje overigens in alle gevallen solitair verder met de ei-afzet. (vergroten is mooier) iedereen weer bedankt voor de reacties op de vorige Uploads
Alle rechten voorbehouden
Meer info tonen

Gebruikte apparatuur

Nikon D5300