Fotograferen bij weinig licht zonder statief!

2 maart 2025 13:12
25 februari 2025 13:15
Tess Mutsters

Fotograferen bij weinig licht zonder statief lijkt een uitdaging, maar met de juiste technieken en instellingen kun je alsnog prachtige foto’s maken. Waar je ook fotografeert, in dit artikel geven we je een aantal praktische tips om het maximale uit je camera en je foto’s te halen.

Foto: CreateTrends - ISO 100 · ƒ/6.3 · 1/160s · 32mm

Bij fotografie draait alles uiteindelijk om licht. Het is ontzettend belangrijk dat je je foto goed belicht, zo zorg je voor het mooiste beeld. Je belichtingsdriehoek helpt je daarbij. Normaliter zou je in omstandigheden met weinig licht misschien kiezen voor het gebruik van een statief, maar wat als dat nu geen optie is? We geven je een aantal tips.

Je ISO verhogen

De allereerste stap die je maakt wanneer je fotografeert bij weinig licht, is waarschijnlijk het verhogen van je ISO. Je maakt je camera op deze manier gevoeliger voor licht, waardoor je toch eventueel voor een wat kortere sluitertijd kunt kiezen. Let er wel op dat een hogere ISO ook voor meer ruis in je foto kan zorgen. Moderne camera’s gaan steeds beter om met ruis, maar bij oudere modellen zie je toch al snel korrelvorming. Gelukkig hebben programma’s zoals Lightroom en Photoshop ook steeds betere ruisreductie en kun je zo steeds beter werken met hogere ISO waarden.

Een groot diafragma

De volgende stap ligt bij je diafragma. Hoe groter de opening van je diafragma, hoe meer licht de sensor bereikt. Fotografeer je dus in lastige lichtomstandigheden, kies dan voor een objectief waarbij je een groot diafragma in kunt stellen. Een primelens met f/2.8 of zelfs f/1.8 of een zoomlens met een vast diafragma zijn dan goede opties. Een groot diafragma zorgt er verder ook voor dat de achtergrond van je foto een stuk onscherper wordt, waardoor de focus meer op je onderwerp komt te liggen. Wil je wat meer scherptediepte in je foto, dan is een hoger diafragma wel een goede keuze. In donkere omstandigheden wordt fotograferen dan echter erg lastig.

Foto: cakes-by-kim - ISO 12800 · ƒ/2.8 · 1/1250s · 90mm

De juiste sluitertijd

Als laatste stel je de sluitertijd in. Bij weinig licht is het een logische keuze om de sluitertijd te verlengen. Let er echter wel op dat je de sluitertijd niet te lang zet, dat kan tot bewegingsonscherpte leiden. Kijk dus even wat je camera precies aan kan en wanneer de beelden er goed uit blijven zien. 

Gebruik een reflectiescherm

Het is niet altijd mogelijk, maar als je de kans hebt, is het gebruiken van een reflectiescherm een goede optie. Met een reflectiescherm kun je het licht dat aanwezig is naar je onderwerp sturen, waardoor er net wat meer licht op je onderwerp valt. Dit kan het verschil betekenen tussen een scherpe foto en een foto met bewegingsonscherpte! Kijk ook goed naar waar het aanwezige licht vandaan komt en probeer je onderwerp in dit licht te plaatsen.

Foto: renekuipers - ISO 160 · ƒ/6.3 · 1/160s · 70mm

Werken met de flitser

Een goed ingestelde flitser, voornamelijk een externe flitser, kan helpen je foto goed te belichten, zonder de natuurlijke sfeer in de foto’s weg te halen. Richt de flitser niet direct op je onderwerp, maar bijvoorbeeld naar het plafond of een witte muur. Het licht weerkaatst hiertegen, waardoor het zich gelijkmatig over je onderwerp verspreid. 

Fotografeer in RAW

Zeker als je in donkere omstandigheden fotografeert, is het slim om in RAW te fotograferen. Je camera slaat dan veel meer details en gegevens van de foto op, waardoor je in de nabewerking de foto beter kunt oplichten. Zo kun je voorkomen dat de contrasten in de foto te groot worden of dat er hele delen wegvallen.

Foto: AndyvdSteen - ISO 1000 · ƒ/2.8 · 1/200s · 78mm