Wil je nog veel meer leren over bosfotografie? Bekijk dan eens onze volledige cursus Bosfotografie op de Zoom Academy!
Er komt veel kijken bij het vastleggen van een mooie ‘bosplaat’. Net als bij andere vormen van fotografie is ook ditmaal een goede voorbereiding ontzettend belangrijk, en kan zelfs een beetje weerman of weervrouw spelen nuttig zijn! Een mistige ochtend in een mooi stukje bos kan namelijk veel extra sfeer in je foto brengen.
Leer je locatie kennen
Een mooi stukje bos is nog niet zo makkelijk gevonden, maar wellicht heb je zo al een aantal mooie plekjes in je hoofd. Ben je nog op zoek naar een mooie locatie, dan kun je bijvoorbeeld letten op wat voor soort bomen er groeien, wat voor ondergroei er aanwezig is en hoe ruimtelijk het bos is. Een ruim opgezet bos zorgt vaak voor een rustigere compositie. Beukenbossen scoren over het algemeen erg goed op deze punten. Deze zijn vaak te vinden op oude landgoederen. Een heel bekend bos in Nederland met veel kronkelende beuken is het Speulderbos (‘het bos van de dansende bomen’), maar daarover verderop meer.
Heb je een mooi stukje bos op het oog en wil je een keer een poging wagen? Zorg dan dat je weet waar op deze locatie de zon opkomt. Het loont dus om de omgeving te ‘scouten’, zodat je een gevoel krijgt bij de omgeving en weet in welke richting je het beste kunt fotograferen. Locaties zien er in het ochtendlicht vaak heel anders uit dan in het avondlicht. Vaker terugkeren naar dezelfde plek zal ook betere plaatjes opleveren, dus geef het niet op als de eerste poging nog niet tot de gewenste ‘bosplaat’ heeft geleid! Maar wanneer kun je nu het beste je camera meenemen het bos in …?
Vroeg uit de veren
Ben je een ochtendmens? Dan heb je geluk, want de beste tijd om in het bos te fotograferen is heel vroeg in de ochtend. De kans op een dik pak mist is dan namelijk het grootst en de stand van de zon is ideaal. Het bekende ‘gouden uurtje’ bij landschapsfotografie is ook voor bosfotografie een mooie richtlijn. Hoe laat je moet opstaan, is natuurlijk afhankelijk van het seizoen, maar gelukkig heeft elk seizoen in het bos wel iets moois te bieden!
Wat neem je mee?
Daar sta je dan, in dat mooie stukje bos en op het juiste moment van de dag. Maar met welke spullen …? Natuurlijk geldt voor bosfotografie hetzelfde als voor iedere andere vorm van fotografie: uiteindelijk moet de fotograaf het doen. Toch is het handig om rekening te houden met een aantal zaken.
Je kunt verschillende objectieven gebruiken voor bosfotografie, zowel groothoek als zoom. Met een groothoeklens kun je creatief zijn en grotere gedeelten van een bos in beeld brengen. Ook kun je een boom van top tot teen vastleggen door een positie heel dicht bij de grond op te zoeken met je camera en deze omhoog te richten. Het perspectief met een groothoeklens kan dan voor verrassende effecten zorgen. Een (tele)zoomlens, bijvoorbeeld met een bereik van ongeveer 50 tot 200 mm, is echter bijna onmisbaar bij bosfotografie. Inzoomen in een bos zorgt er namelijk voor dat je compressie krijgt in het beeld, zodat je bomen als het ware naar elkaar toe kunt trekken. Dit brengt veel voordelen met zich mee.
Voordelen van een zoomlens
- Je kunt details in bomen die verder weg staan, naar je toe halen.
- Je kunt storende elementen uit beeld laten: je zoomt er als het ware voorbij.
- Het creëert rust in je foto.
- Je kunt een tunneleffect krijgen door in te zoomen over een bospad.
- Met een zoomlens kun je een eigen onderwerp in het bos eruit pikken en dat prominent in je beeld plaatsen. Denk bijvoorbeeld aan een aparte opvallende boomstam, of zelfs een hert of ree als je geluk hebt!
Zonnekap en filters
Een zonnekap op je lens is zeker niet overbodig in het bos. Fotografeer je bijvoorbeeld tegen de zon in, dan kan die helpen om geen vervelende ‘lensflares’ in je foto te krijgen. Maar een zonnekap heeft niet alleen fotografische voordelen; deze werkt namelijk ook als een goede bescherming voor je lens als je door het bos aan het struinen bent. Een uv-filter kan ook bescherming bieden, maar pakt soms nadelig uit voor het eindresultaat. Een polarisatiefilter daarentegen kan goede diensten bewijzen! Als blaadjes nat zijn geworden door een bui en het zonlicht staat er precies op, dan kunnen ze te fel worden en soms zelfs helemaal wit uitvallen. Met een polarisatiefilter kun je ze donkerder maken en de kleuren weer ‘ophalen’. Let echter wel op bij de aanschaf van een filter, want er bestaan grote kwaliteitsverschillen!
Wel of geen statief?
Heb je een goede camerabody, een (zoom)lens en eventueel filters gereed? Dan is het handig om het geheel ook ergens op te kunnen plaatsen en stil te kunnen houden. Vroeg in de ochtend heb je namelijk weinig licht. Als je uit de hand wilt fotograferen, zul je de instellingen navenant moeten aanpassen. De kwaliteit van de foto gaat achteruit door beweging van de camera of ruis van een hoge iso-waarde.
In het bos kun je vaak ondersteuning vinden op paaltjes of boomstronken. Dit is echter niet ideaal. Wil je een andere hoek gebruiken bijvoorbeeld, dan is zo’n boomstronk verplaatsen erg lastig! Een goed statief kan dan uitkomst bieden. Je bent daardoor misschien minder flexibel, maar de voordelen zijn erg groot. Met je camera op statief kun je op zoek naar een mooie en rustige compositie. Heb je deze eenmaal gevonden, dan kun je het geheel vastzetten en zal je compositie niet meer veranderen. De sluitertijd kan langer worden zonder dat je bewegingsonscherpte krijgt, en de iso-waarde kan heel laag blijven zodat je geen ruis ziet in het eindresultaat. Hierbij gelden de regels van de ‘belichtingsdriehoek’. Meer informatie daarover kun je op Zoom.nl vinden. Een statief is dus erg handig voor een scherpe foto en om de compositie te kunnen ‘vergrendelen’. Hierdoor kun je je beter focussen op de juiste instellingen van je camera!
Camera-instellingen
In bosfotografie is het gebruikelijk om je diafragmawaarde niet te laag in te stellen. Je wilt meestal de hele omgeving van voor tot achter scherp in beeld krijgen, en dat vergt een klein diafragma (hoog F-getal). Vaak is vanaf F 10 al voldoende, afhankelijk van het scherpstelpunt. Ga vooral niet té hoog zitten (F 20 of hoger), omdat dit weer meer ruis en minder scherpte geeft in het eindresultaat. Bij objectieven van mindere kwaliteit zal dit meer opvallen dan bij wat beter glaswerk.
Uiteraard kun je hier ook je eigen creativiteit op loslaten, en juist kiezen voor een klein scherptedieptegebied. Zo kun je een duidelijke scheiding maken tussen voorgrond en achtergrond. Heb je dus een mooie tak of bloem gespot op een beetje afstand, dan kun je hierop scherpstellen waardoor de achtergrond onscherp wordt.
Je kunt dus scherpstellen op een tak of bloem, maar wat als je juist álles van voor tot achter scherp wilt hebben? Bijvoorbeeld als je een mooie lange laan hebt gevonden met aan beide kanten prachtige beuken. De volautomatische scherpstelling biedt in zo’n situatie niet altijd uitkomst, en in dat geval kun je beter handmatig het scherpstelpunt kiezen. Om dit te doen, kun je je camera instellen op ‘single-point focus’, zodat je zelf een punt kunt selecteren om op scherp te stellen. Het beste kun je dan scherpstellen op een boomstam die, van de camera af bezien, op ongeveer 1/3 staat van het totale gebied dat scherp moet zijn. Bij gemiddelde opnameafstanden ligt immers ruwweg 1/3 van de scherptediepte vóór het scherpstelpunt en 2/3 erachter. Dit vergt enige oefening, maar uiteindelijk krijg je zo meer controle over het scherptedieptegebied in je foto!
Als je de camera zo hebt ingesteld dat de belichting wordt afgestemd op het scherpstelpunt, dan zit je meestal al goed qua belichting. Om hier zeker van te zijn, kun je het beste je histogram raadplegen op het scherm. Als de grafiek zowel links (donkerste beeldpartijen) als rechts (lichtste beeldpartijen) niet uitloopt, hoef je verder niets aan de belichting te veranderen. Loopt de grafiek wél uit aan bijvoorbeeld de rechterkant (witte partijen), dan zul je moeten onderbelichten. Een goede techniek die je kunt toepassen, heet ‘expose to the right’. Ook hierover kun je op Zoom.nl of elders op het internet meer uitleg vinden, en deze techniek komt ook in een ander artikel in dit nummer aan bod.
Compositie
Technisch heb je nu alles op orde, maar hoe maak je in een druk bos eigenlijk een mooie compositie? Daarover valt heel veel te zeggen, en smaken verschillen. Maar toch zijn er diverse tips die je hierbij kunnen helpen. Zoek om te beginnen naar lijnen die de blik van de kijker als het ware je foto in leiden. Smalle bospaadjes en lange lanen zijn hier perfect voor. Hiermee kun je soms een heuse tunnel creëren in je foto. Als je dan een model aan het einde van deze tunnel plaatst, wordt het effect nog groter. Ook de lange schaduwlijnen van bomen in de vroege ochtend kunnen op een creatieve manier je blik de foto binnentrekken.
Ga op zoek naar herhaling. Dit kan zowel in de diepte als zijwaarts zijn. Je hebt vast weleens een foto gezien van een mooie rij berkenstammen naast elkaar. Dit is een goed voorbeeld van zijwaartse herhaling. Herhaling in de diepte kan natuurlijk ook. Probeer dan ruimte te creëren tussen de stammen en zorg dat ze elkaar niet overlappen. Heb je een mooie samenstelling van boomstammen gevonden, probeer het dan bij drie, vijf of zeven stammen te houden. Waarom geen vier of zes …? Een oneven getal is als vuistregel fijner om naar te kijken dan een even getal!
Heb je eigenlijk maar één prachtige boom op het oog? Dan kan dat natuurlijk ook voldoende zijn! Probeer deze boom dan zoveel mogelijk te isoleren van de omgeving. Zorg er voor dat dit prachtexemplaar niet wordt overlapt door takken van andere bomen en dat hij loskomt van de achtergrond. Een beetje mist kan ook hier enorm helpen.
Mist en zonnestralen
Wat is er nu mooier in het bos dan een enorme waaier van zonnestralen? Stel je voor: je staat voor de zoveelste keer in jouw perfecte ‘stukje bos’ en dan ineens gebeurt het. Je kunt geluk hebben, maar beter nog: je kunt het ook voorspellen!
Ten eerste heb je wat mist nodig om de zonnestralen zichtbaar te kunnen maken. In principe kan een beetje mist al voldoende zijn. Probeer in eerste instantie richting de zon te fotograferen. Als je de zon dan precies achter een tak met blaadjes of achter een boomstam plaatst, zullen de stralen al snel tevoorschijn komen. Zie je ze niet direct verschijnen, verplaats jezelf dan een klein beetje ten opzichte van de zon. Een stukje rondlopen kan al snel een heel ander beeld geven. Ook zou je de stralen in de verte kunnen spotten als het licht precies door een opening in het bladerdek valt.
De juiste belichting instellen kan op deze momenten wat lastig worden, omdat het contrast in je foto erg hoog wordt. Je kunt de donkere stam of tak als uitgangspunt nemen, zodat je in ieder geval detail blijft zien in deze donkere gedeeltes. Je camera zal dan wel de stralen overbelichten, waardoor je grote witte ‘gaten’ in je foto kunt krijgen. Compenseer dan de belichting door een aantal stops onder te belichten. In de nabewerking kun je de schaduwpartijen weer wat ophalen om de foto zachter te maken.
De eerste keer dat je de zonnestralen ziet verschijnen, kan dat nogal overweldigend zijn, waardoor je vergeet een goede compositie te maken. Concentreer je dus niet alleen op de mooie stralen, maar blijf nadenken over wat je eigenlijk wilt vastleggen. Is het je eenmaal gelukt en heb je die prachtige stralen op jouw favoriete spot op de gevoelige plaat weten te vereeuwigen, dan begint de magie in het nabewerken!
Mist voorspellen
Er zijn verschillende dingen waar je op kunt letten om mist te voorspellen voor de volgende ochtend. De luchttemperatuur moet bijvoorbeeld in de buurt komen van het dauwpunt, of nóg beter: hetzelfde zijn als het dauwpunt. Verder moet de luchtvochtigheid hoog genoeg zijn. Boven 95% is wenselijk en 100% is ideaal. In de buurt van sloten en vennen zal het ook eerder mistig zijn. Tot slot kun je het beste de windkracht in de gaten houden, want des te meer wind, des te sneller de mist zal vervliegen. Een handige website om dit te volgen op jouw locatie is www.accuweather.com.
Is er mist voorspeld voor de volgende ochtend en is er verder geen bewolking die dag, dan neemt de kans op zonnestralen enorm toe. Zorg dan wel dat je er op tijd bij bent, want zo snel als ze opkomen, kunnen ze ook weer verdwijnen!
Lightroom
Lightroom is een fijn programma om je foto’s te ordenen en uit te zoeken. Meestal heb je meerdere, zo niet honderden, foto’s op je geheugenkaartje staan. Je kunt je foto echter ook met wat eenvoudige schuifregelaars aanpassen om bijvoorbeeld een meer sprookjesachtige sfeer te creëren. In je zonnestralenfoto zit vaak erg veel contrast, wat zo’n foto erg ‘hard’ maakt. In Lightroom kun je dan de Schaduwen en Zwarte tinten wat naar rechts trekken zodat er weer meer details zichtbaar worden in de donkere partijen. Ook kun je juist de Hooglichten naar beneden trekken om in de lichte partijen details terug te halen. Probeer ook eens met de schuifregelaar Helderheid (Clarity) te spelen om de foto zachter te maken.
Photoshop en Camera Raw
Wil je echt alle vrijheid hebben in de nabewerking en een stapje verder gaan, dan kun je beter in Photoshop de foto ‘afmaken’. Als je de foto’s in raw-formaat hebt geschoten (wat altijd een aanrader is om zoveel mogelijk informatie in je foto te bewaren), kun je ze eerst met Adobe Camera Raw (ACR) bewerken. Hierin heb je ongeveer dezelfde schuifjes als in Lightroom.
In ACR kun je ook gelijk de kleuren wat meer naar elkaar toe trekken of compleet omgooien met de KVL-aanpassingen (HSL in Lightroom). Hierbij heb je drie tabbladen: Kleurtoon, Verzadiging en Luminantie. Onder Kleurtoon kun je de groene tinten bijvoorbeeld helemaal naar links trekken om ze gelig te maken. Als je dan de geeltinten ook naar links trekt zodat ze oranje worden, kun je van een groenige foto een heuse herfstplaat maken. Probeer met alle kleuren wat te stoeien en het aantal kleuren in de foto te ‘verminderen’. De foto wordt dan meteen een stuk rustiger.
Met Gesplitste tinten kun je het licht warmer of kouder maken. Op deze manier kan ook de gehele foto zachter worden gemaakt qua kleuren. Zet de Kleurtoon van de Hooglichten bijvoorbeeld op geel en schuif de Verzadiging wat naar rechts, en kijk wat er gebeurt!
Zonnestralen in Photoshop accentueren
Als je tevreden bent met de aanpassingen in Camera Raw, kun je de foto in Photoshop zelf verder bewerken. Een goede techniek om bijvoorbeeld de zonnestralen wat meer op te laten vallen, is door gebruik te maken van het gereedschap Tegenhouden (Dodge). Als je bij de instellingen het Bereik op Hooglichten zet en de Belichting op ongeveer 15%, kun je met een zachter penseel over de zonnestralen heen ‘borstelen’. Hierdoor zullen ze er meer uit springen, maar overdrijf dit effect niet!
Met een normaal Penseel kun je ook leuke dingen doen met je foto. Zet de Hardheid op 0%, verander de Modus naar Zwak licht en zet de Dekking op 15%. Als je wat meer een herfstsfeer wilt in je foto, kun je een oranje kleur gebruiken voor je penseel. Veeg dan voorzichtig met het penseel over bijvoorbeeld wat groene blaadjes en je zult al snel verandering zien!
Dit zijn maar enkele voorbeelden van technieken in Photoshop en Camera Raw die je kunt gebruiken: de mogelijkheden zijn werkelijk eindeloos! Het is vooral een kwestie van uitproberen en van wat jij zelf wilt bereiken in het eindresultaat. Ook hiervoor geldt: smaken verschillen, en dat is maar goed ook!
Zoom Academy
Bekijk ook eens onze volledige Online Cursus Bosfotografie in Zoom Academy. Hierin leer je alles over het fotograferen in bossen en nog veel meer!
Zo leer je onder andere:
- Alles over de vier seizoenen in het bos
- Macrofoto's maken van de kleinste plantjes en diertjes
- Over het dynamisch bereik van je camera
- Waar je heen moet voor de mooiste bosfoto's
Bekijk hier de volledige Online Cursus Bosfotografie!